Meer informatie over de bodem op een bepaalde locatie wordt vaak verkregen door observaties. Deze laag bevat observaties van de fysische parameters(fysische parameters vocht: Ksat, vochtgehalte gradatie ,... , fysische parameters textuur: textuur - type zand, textuur - handmatig - gedetailleerd,... , fysische parameters structuur: consistentie, mineralen - opaal,....). Er zijn twee soorten observaties: enkelvoudige en meervoudige observaties. In het eerste geval komt één parameter overeen met één meetwaarde; in het tweede geval met meerdere meetpunten en -waarden. Een enkelvoudige of meervoudige observatie is steeds gekoppeld aan één bodemlocatie, één diepteinterval, één bodemsite of één bodemmonster. Een bodemlocatie, bodemsite, diepte-interval of bodemmonster kan 0 of meer observaties hebben. Er zijn drie verschillende types enkelvoudige observaties: er wordt een onderscheid gemaakt tussen observaties van een numerieke waarde (dit zijn metingen), observaties met een vrije tekstwaarde (dit zijn waarnemingen) en observaties die gecategoriseerd worden via een keuzelijst (dit zijn gecodeerde observaties). Elk van deze enkelvoudige observaties wordt gekenmerkt door één parameter en één meetwaarde (hetzij numeriek, vrije tekst of een item uit een keuzelijst). Meervoudige observaties zijn reeksen van metingen – in dit geval wordt één parameter beschreven door meerdere numerieke meetwaarden. Observaties die gekoppeld worden aan een diepteinterval of bodemmonster gelden altijd voor de volledige diepte van dit diepteinterval of monster. Observaties gekoppeld aan een bodemlocatie of een bodemsite kunnen 0, één of twee dieptes hebben voor respectievelijk observaties onafhankelijk van de diepte, observaties op een bepaalde diepte of in een bepaald interval. Observaties kunnen optioneel gekoppeld worden met een observatiemethode, die de methode beschrijft waarmee de waarde bepaald werd, bijvoorbeeld door te verwijzen naar de procedure of norm die gevolgd werd.
Filter
8855 resultaten
- GML
- Laag met 50m en 100m buffer van de wegknooppunten. Deze datalaag worden jaarlijks in januari geactualiseerd op basis van de wegknopen uit het Vlaamse Geopunt - http://www.geopunt.be/catalogus/datasetfolder/7c823055-7bbf-4d62-b55e-f85c30d53162 . (zie ook geodata-portaal - https://geoportaal.antwerpen.be/portal/home/search.html?q=wegknoop , open geodata-portaal - http://portaal-stadantwerpen.opendata.arcgis.com/datasets?q=wegknoop , becijferd in stad in cijfers - https://stadincijfers.antwerpen.be/Databank/Jive/?workspace_guid=f7ba9b79-69c7-4ed3-8cdc-82d27ce13cb5 ) Om een fijnmazig voetgangersnetwerk uit te bouwen, is het belangrijk dat de voetganger om de 50m of max. 100m een doorsteek kan maken. Deze doorsteekbaarheid of stratenconnectiviteit gebeurt aan de hand van wegknooppunten. Deze knooppunten liggen op de kruising van alle wegen die bestemd zijn voor de voetganger (gemotoriseerde en niet gemotoriseerde wegen: doorsteken voor voetganger en fietser, paden in parken, uitgezonderd de autosnelwegen). Om de 50 of 100m een wegknooppunt voorzien, kan makkelijk gedetecteerd worden aan de hand van de buffers. Als er nog straten of grote barrières zichtbaar zijn, dan heb je een doorsteek nodig.GEOJSONKMLZIPCSV+2
- De data toont het wegennetwerk dat werd meegenomen in de strategische geluidsbelastingkaarten voor belangrijke en aanvullende wegen. Waarbij er een onderscheid wordt gemaakt tussen belangrijke wegen met meer dan 3 miljoen voertuigpassages per jaar en anderzijds aanvullende wegen die zorgen voor een meer aansluitend wegennetwerkGeoPackageGML
- Samenvatting Deze dataset toont per jaar alle geveegde straten per buurt aan de beurt actie. Buurt aan de Beurt maakt werk van propere, opgeknapte en veilige buurten. Stadsdiensten, politie, plaatselijke organisaties en bewoners slaan de handen in elkaar om de buurt te verfraaien. Doel Deze GIS-laag zorgt voor een overzicht van alle buurt aan de beurt acties. Aanmaak De straten werden manueel ingetekend in ArcGIS.JSONCSVKMLGEOJSON+2
- Samenvatting: In het s-RSA wordt het toekomstige ruimtelijke beleid van de stad Antwerpen voorgesteld. Dit beleid is opgebouwd uit een generieke of stadsbrede visie en een actieve of projectmatige aanpak. Het generieke beleid kan als volgt beschreven worden: · Het generiek beleid is opgebouwd uit zeven beelden: waterstad, ecostad, havenstad, spoorstad, poreuze stad, dorpen en metropool en megastad. Deze beelden vormen samen het collectieve geheugen van de inwoners en bezoekers van de stad. · Vanuit een generieke benadering betekent het strategisch beleid het vooropstellen van een aantal doelen, gestructureerd volgens de beelden van de stad, die op hun beurt strategische selecties en maatregelen bepalen. Deze selecties vormen de basis voor de selectiekaarten. · De beelden van de stad vormen het referentiekader waarmee elk project dat betrekking heeft op Antwerpen, rekening mee dient te houden. Dit kader wordt opgebouwd uit regels opgemaakt vanuit elk beeld. · Daar de generieke regels betrekking hebben op het ganse grondgebied van de stad, dient ook het actief beleid (de ruimtes, programma’s en projecten) zich hiernaar richten De ‘waterstad’ is één van de zeven beelden binnen het s-RSA. Dit beeld pleit voor een algemeen herstel van de relatie tussen de stad en het waternetwek erbinnen, waarbij de relatie met de Schelde een cruciale rol speelt. Het herstellen van het waternetwerk kan gebeuren door de oorspronkelijke structuur opnieuw zichtbaar te maken daar waar het mogelijk is. Dit betekent dat de kwaliteit van het publiek domein rondom rivier, beken, dokken en kanaal moet vergroot worden en dat de toegankelijkheid ervan moet verbeteren. Om dit beeld vorm te geven werden er aan de hand van selecties de onderdelen van het waternetwerk bepaald. Zo werden er rivier en beekvalleien, historische waters: plassen, dijken, strand, nieuwe natte natuur, Schelde bruggen en nieuwe hoogbouwgebieden langs het water geselecteerd Doel: Visualisatie van de selectiekaart 01-waterstad van het sRSA,De afbakeningen zijn geen harde grenzen, en kan men verder preciseren in het uitvoeringsproces. De selectiekaart is geen zoneringsplan of bodembestemmingsplan. De kaart bevestigt of ontkent geen bouwrechten Aanmaak: De selectiekaarten zijn het resultaat van de omzetting van de zeven opgemaakte beelden van de stad naar shape-formaat. De autocad-kaarten en de overeenkomstige rasters werden hiervoor als basis gebruikt. De intekening gebeurde met behulp van de grootschalige basiskaart van de stad Antwerpen.CSVZIPHTMLKML+2
- Laag met delen van wegsegmenten waar doorsteken gewenst zijn in de aanliggende bouwblokken, ofwel om de 50m of om de 100m. Deze datalaag worden jaarlijks in januari geactualiseerd. Om een fijnmazig voetgangersnetwerk uit te bouwen, is het belangrijk dat de voetganger om de 50m of max. 100m een doorsteek kan maken. Deze doorsteekbaarheid of stratenconnectiviteit gebeurt aan de hand van wegknooppunten. Deze knooppunten liggen op de kruising van alle wegen die bestemd zijn voor de voetganger (gemotoriseerde en niet gemotoriseerde wegen: doorstekenvoor voetganger en fietser, paden in parken, uitgezonderd de autosnelwegen). Om de 50 of 100m een wegknooppunt voorzien, kan makkelijk gedetecteerd worden aan de hand van de buffers. Als er nog straten, wegsegmenten of grote barrières zichtbaar zijn, dan heb je een doorsteek nodig.ZIPJSONCSVKML+2
- In Antwerpen zijn er heel wat verschillende wandelroutes.Deze laag bevat verschillende wandelroutes, zoals de routes van Trage Wegen en wandelingen in de groenlandschappen in Antwerpen.HTMLZIPKMLJSON+2
- Trage wegen zijn paden of wegen die bestemd zijn voor niet-gemotoriseerd verkeer. Wandelaars, fietsers en ruiters zijn de belangrijkste gebruikers. Trage Wegen vzw heeft in opdracht van de stad de trage wegen in Antwerpen geïnventariseerd. Vervolgens zijn de trage wegen door de stad geïntegreerd in het Wegenregister, het middenschalig referentiebestand van de wegen in Vlaanderen.GEOJSONKMLZIPCSV+2
- Trage Wegen vzw heeft in opdracht van de stad de trage wegen in Antwerpen geïnventariseerd en ook belevingslinten in kaart gebracht. Om trage wegen betekenisvol te maken voor voetgangers en fietser, werkten we belevingsvolle linten uit waar beleving onderweg even belangrijk is als de verplaatsing zelf. Trage wegen staan hierbij centraal maar enkel daarmee komen we er niet. Daarom werden continue trajecten uitgewerkt die de gebruiker de weg wijst door de stad op een andere manier dan de meeste inwoners gewend zijn. Ze tonen de stad van een andere kant. Deze linten kunnen gebruikt worden voor routeringsapplicaties zoals bv. Slim naar Antwerpen. Ze kunnen ook ingezet worden om prioriteiten te leggen m.b.t. adviezen voor trage wegen of stadsplanning en heraanleg van wegen en publieke ruimte.CSVZIPJSONGEOJSON+2
- Strategische geluidsbelastingskaart voor de stad Antwerpen betreffende industrie volgens RL 2002/49/EG. Het referentiejaar van deze data is 201 6 . Op de geluidskaart wordt aangegeven aan hoeveel geluid de omgeving wordt blootgesteld. De geluidsbelasting wordt daarbij uitgedrukt in de parameter L eve . Het L eve -niveau is het jaargemiddelde geluidsniveau tijdens de avond (19u-23u ). Deze geluidsbelastingskaarten worden geactualiseerd om de 5 jaar.OGC:WMS-1.3.0-HTTP-GET-CAPABILITIESOGC:WMS-1.3.0-HTTP-GET-MAPJSONCSV+7
- Laag met bereikzone van de middenscholen op stadsdeelniveau (1.600m en 20 min. wandelen of 10 min. fietsen). ( zie ook geodata-portaal - https://geoportaal.antwerpen.be/portal/home/search.html?q=secundair%20onderwijs , open geodata-portaal - http://portaal-stadantwerpen.opendata.arcgis.com/datasets?q=secundair%20onderwijs , becijferd in stad in cijfers - https://stadincijfers.antwerpen.be/Databank/Jive/?workspace_guid=dcc77bb6-9039-4744-8091-eec715c0aa64 ) Deze datalaag wordt jaarlijks in januari geactualiseerd, op voorwaarde dat de voorziening door de bevoegde sector/dienst jaarlijks wordt beheerd en geüpdate. De voorziening kent een bepaald bereik op basis van loopafstand, rekening houdend met belangrijke barrières (water, ring, snelweg, het spoor, ...) en veilige oversteekplaatsen voor zwakke weggebruikers (tunnels, bruggen, zebrapaden met verkeerslichten). - bouwblok voorziening: 150 meter of 2 minuten wandelen - buurt voorziening: 400 meter of 5 minuten wandelen - wijk voorziening: 800 meter of 10 minuten wandelen/ 1.000 meter of 15 minuten wandelen - stadsdeel voorziening: 1.600 meter of 20 minuten wandelen of 10 minuten fietsen/ 2.400 meter of 30 minuten wandelen of 15 minuten fietsen. In totaal krijgen zo’n 50-tal lokale woonondersteunende voorzieningen bereikzones. In combinatie met de tekortzone geeft deze laag een beeld van de ruimtelijke spreiding van deze voorziening. Het beleid kan hiermee een evenwichtige ruimtelijke spreiding van de voorziening op basis van wandelafstand plannen.ZIPHTMLKMLCSV+2
- Laag met bereikzone van buurt-belevingsgroen en -pleinen (>0,5ha) op buurtniveau (400m en 5 min. wandelen). Laag met bereikzone van de gepland buurt-belevingsgroen en -pleinen (>0,5ha): Eilandje en Scheldekaaien. Met buurt-belevingsgroen en -pleinen bedoelen we: - publiek toegankelijk gebruiksgroen groter dan 0,5 ha (of 5.000 m²): parken, pocketparken, hanggroen, fortgroen, hondenloopzone, stadsbos, speelbos, begraafplaats, groene speelterreinen, publiek toegankelijk gebouwgroen, bijvoorbeeld Vinkenparkje, Harmoniepark - agrarisch of landbouwgroen groter dan 0,5 ha (of 5.000 m²), tenzij volledig ontoegankelijk- natuurlijk groen groter dan 0,5 ha (of 5.000 m²) tenzij volledig ontoegankelijk: bijvoorbeeld Hobokense Polder, Wolvenberg - publiek toegankelijke verharde ruimten groter dan 0,5 ha (of 5.000m²): pleinen, groene pleinen, sportterreinen (NIET: wegen, voetpaden en fietspaden), bijvoorbeeld Dageraadplaats, Grote Markt, Theaterplein Deze datalaag wordt jaarlijks in januari geactualiseerd, op voorwaarde dat de voorziening door de bevoegde sector/dienst jaarlijks wordt beheerd en geüpdate. De voorziening kent een bepaald bereik op basis van loopafstand, rekening houdend met belangrijke barrières (water, ring, snelweg, het spoor,…) en veilige oversteekplaatsen voor zwakke weggebruikers (tunnels, bruggen, zebrapaden met verkeerslichten). - bouwblok voorziening: 150 meter of 2 minuten wandelen - buurt voorziening: 400 meter of 5 minuten wandelen - wijk voorziening: 800 meter of 10 minuten wandelen/ 1.000 meter of 15 minuten wandelen - stadsdeel voorziening: 1.600 meter of 20 minuten wandelen of 10 minuten fietsen/ 2.400 meter of 30 minuten wandelen of 15 minuten fietsen. In totaal krijgen zo’n 50-tal lokale woonondersteunende voorzieningen bereikzones. In combinatie met de tekortzone geeft deze laag een beeld van de ruimtelijke spreiding van deze voorziening. Het beleid kan hiermee een evenwichtige ruimtelijke spreiding van de voorziening op basis van wandelafstand plannen.CSVKMLHTMLGEOJSON+2